[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Amendement van het lid Kostic c.s. ter vervanging van nr. 10 over middelen voor het verminderen van apenproeven

Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Amendement (gewijzigd/nader/vervangend)

Nummer: 2025D28877, datum: 2025-06-19, bijgewerkt: 2025-06-19 11:10, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36725 VIII-11 Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota).

Onderdeel van zaak 2025Z12714:

Preview document (🔗 origineel)


TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL 2
Vergaderjaar 2024-2025
36 725 VIII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 11 AMENDEMENT VAN het lid Kostiç c.s. ter vervanging van dat gedrukt onder nr. 101
Ontvangen 19 juni 2025
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

De departementale begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:

I

In artikel 16 Onderzoek en wetenschapsbeleid worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verlaagd met € 2.500 (x € 1.000).

II

In artikel 16 Onderzoek en wetenschapsbeleid worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 2.500 (x € 1.000).

Toelichting

In het Biomedical Primate Research Centre (BPRC) worden nog altijd zo'n 1.000 apen gehouden voor dierproeven. De Tweede Kamer wil al jaren van deze dierproeven af. In 2016 werd de motie van Van Dekken en Rudmer Heerema (Kamerstukken II 2015/16, 32 336, nr. 57) unaniem aangenomen waarmee de regering werd verzocht om het aantal proeven op niet-humane primaten zo snel mogelijk, en veilig, naar nul af te bouwen. Naar aanleiding hiervan kondigde oud-minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Van Engelshoven in 2018 aan om het aantal proeven met apen als eerste stap met 40% te reduceren.

In 2022 nam de Tweede Kamer, opnieuw unaniem, een motie aan waarmee de regering werd verzocht om onderzoek te laten doen naar de mogelijkheid om het aantal proeven op niet-humane primaten ook na de 40%-reductie verder te verlagen, zo snel mogelijk naar nul (Kamerstukken II 2022/23, 36200 VIII, nr. 113). Ter uitvoering van deze motie werd de Commissie-Bijker opgezet.

In 2024 nam de Kamer een motie aan waarmee de regering werd verzocht om zo snel mogelijk een jaarlijks toenemend deel van het onderzoeksbudget voor het BPRC te oormerken als geld dat bestemd is voor proefdiervrije onderzoeks- en testmethoden (Kamerstukken II 2023/24, 36410 VIII, nr. 96). Oud-minister Dijkgraaf liet weten dat hij ter uitvoering van deze motie, als eerste stap, het BPRC bereid heeft gevonden om in 2024 en 2025 het percentage van de subsidie dat zij besteden aan proefdiervrije onderzoeks- en testmethoden minimaal gelijk te houden op 17% (Kamerstukken II 2023/24, 32 336, nr. 152).

Eind 2024 gaf de huidige Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Bruins aan “geen aanleiding” te zien om een jaarlijks toenemend deel van het onderzoeksbudget te oormerken voor proefdiervrij onderzoek en het aantal apenproeven verder af te bouwen, hoewel de Kamer hier expliciet om had gevraagd (Kamerstukken II 2024/25, 31288, nr. 1157). Begin april '25 werden de resultaten van Commissie-Bijker gepubliceerd. De onderzoekers hebben vier scenario's geschetst en benadrukt dat ze “geen eigen voorkeur voor een van de beleidsscenario's” uitspreekt:

Scenario 1: afbouw van apenproeven naar nul.
Scenario 2: vermindering van apenproeven.

Scenario 3: behoud van het huidige niveau van apenproeven.

Scenario 4: mogelijke toename van apenproeven.

In tegenstelling tot de wens van de Tweede Kamer liet de Minister van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap weten te kiezen voor scenario 3 en het BPRC de ruimte te geven om door te gaan met het huidige niveau van apenproeven (RTL Nieuws, 9 april 2025, “Minister wil doorgaan met dierproeven op apen, Kamer ‘zwaar teleurgesteld’”).

Middels dit amendement stellen de indieners voor om te kiezen voor scenario 2 en alsnog uitvoering gegeven aan de wens van de Tweede Kamer om het aantal proeven op apen zo snel mogelijk, en veilig, af te bouwen. Op dit moment gaat er jaarlijks € 12,5 miljoen aan subsidie naar het BPRC, waarvan zo’n € 2,2 miljoen wordt besteed aan alternatieven voor dierproeven. De totale hoogte van de subsidie aan het BPRC blijft met dit amendement behouden. Wel wordt een jaarlijks toenemend deel geoormerkt voor proefdiervrije onderzoeks- en testmethoden en de ontwikkeling van alternatieven voor dierproeven. Deze oormerking is budgetneutraal vormgegeven. In 2025 wordt € 2,5 miljoen geoormerkt voor alternatieven, in 2026 € 4,5 miljoen, in 2027 € 6,5 miljoen, in 2028 € 8,6 miljoen, in 2029 € 10,5 miljoen en in 2030 € 12,5 miljoen. Indieners beogen derhalve meerjarige verwerking van dit amendement. Hiermee wordt een enorme impuls gegeven aan innovatief proefdiervrij onderzoek en een toonaangevend en toekomstbestendig BPRC. Proefdieronderzoek met apen wordt hiermee niet volledig beëindigd; het onderzoek dat nodig is voor de bestrijding van levensbedreigende ziekten en uitbraken van infectieziekten die de volksgezondheid bedreigen bij het BPRC kunnen tot 2030 met het niet-geoormerkte belastinggeld worden gefinancierd. Ná 2030 kan het BPRC dit onderzoek, indien het dan nog steeds noodzakelijk is om hiervoor apen te gebruiken, nog steeds blijven uitvoeren, maar dan met alternatieve financiering (financiering vanuit opdrachtgevers of een alternatieve subsidieregeling). Dit sluit aan bij wens van de Tweede Kamer, zoals verwoord in de unaniem aangenomen moties Kamerstukken II 2015/16, 32 336, nr. 57 en Kamerstukken II 2022/23, 36200 VIII, nr. 113.

Kostić
Graus
Bromet
Beckerman

Dassen

Ergin

Eerdmans


  1. Vervanging in verband met een wijziging in de ondertekening.↩︎

OSZAR »